In de naam van Allah, de Meest Barmhartige, de Meest Genadevolle.

Er is geen macht, noch kracht dan die van Allah.

.

Steun uit de Qur'an #20


Djoez 20

Surah 27. An-Naml (De Mieren). Vers 87 t/m 89:
87. En de Dag, waarop de bazuin zal worden geblazen, zullen zij (allen) die in de hemelen en ook zij die op aarde zijn, schrikken, behalve degenen die Allah wil (sparen). En allen zullen nederig tot Hem komen.
88. En gij ziet de bergen en gij denkt ze onbewegelijk, terwijl zij als de wolken voorbijgaan. Dit is Allah’s werk, Die alles volmaakt heeft geschapen. Voorwaar, Hij is goed op de hoogte van hetgeen gij doet.
89. Wie een goede daad doet, zal een betere beloning hebben dan deze en zij zullen op die Dag veilig zijn voor schrik.

Surah 28. Al-Qashash (De Vertelling). Vers 11 t/m 16.
11. En zij zeide tot zijn zuster: “Ga hem achterna.” Zij sloeg hem van verre gade en de anderen bemerkten het niet.
12. En Wij hadden hem de minnen voordien verboden. Daarom zeide zij (zijn zuster): “Zal ik u een familie noemen die hem voor u zal grootbrengen en die voor hem welwillend zal zijn?”
13. Zo gaven Wij hem aan zijn moeder terug opdat haar oog getroost mocht worden en opdat zij niet behoefde te treuren en opdat zij mocht weten dat de belofte van Allah waar is. Maar de meeste mensen kennen (de Waarheid) niet.
14. En toen hij volwassen werd en zijn volle kracht had bereikt, gaven wij hem wijsheid en kennis; zo belonen Wij hen die goed doen.
15. En hij ging de stad binnen op een tijdstip waarop de bewoners achteloos waren, en hij vond er twee vechtende mannen, de ene van zijn eigen volk en de andere van zijn vijanden. En hij die van zijn volk was zocht hulp tegen hem die tot zijn vijanden behoorde. Daarom stompte Mozes hem zodat deze stierf. Hij zeide: “Dit is Satan’s werk, en deze is inderdaad een vijand en openbare verleider.”
16. Hij zeide: “Mijn Heer, ik heb mijn eigen ziel onrecht gedaan, bescherm mij.” Daarom vergaf Hij hem; want Hij is de Vergevensgezinde, de Genadevolle.

Surah 28. Al-Qashash (De Vertelling). Vers 59 t/m 51.
49. Zeg: “Brengt dan een Boek van Allah dat een betere leiding geeft dan dit, ik zal dat volgen, indien gij waarachtig zijt.”
50. Maar als zij u niet antwoorden, weet dan dat zij slechts hun eigen begeerten volgen. En wie dwaalt meer dan hij die zijn eigen neigingen volgt zonder de leiding van Allah? Voorwaar, Allah leidt de onrechtvaardige mensen niet.
51. En Wij hebben inderdaad het Woord voortdurend aan hen nedergezonden opdat zij er lering uit mogen trekken. 

Surah 28. Al-Qashash (De Vertelling). Vers 56:
56. Waarlijk, gij zult hen die gij wilt niet kunnen leiden, maar Allah leidt wie Hij wil; en Hij kent hen het beste die geleid willen worden.

Surah 28. Al-Qashash (De Vertelling). Vers 60 t/m 61.
60. En wat u gegeven is dient slechts als middel van bestaan voor het tegenwoordige leven en ter versiering er van; en hetgeen bij Allah is, is beter en van langere duur. Wilt gij dit niet begrijpen?
61. Staat hij aan wie Wij een goede belofte hebben gedaan, die hij (vervuld) zal zien, gelijk met degenen, die Wij van de goederen dezer wereld hebben gegeven en zal hij dan op de Dag der Opstanding naar de hel worden gebracht?

Surah 28. Al-Qashash (De Vertelling). Vers 65 t/m 67.
65. En op die Dag zal Hij tot hen roepen en zeggen: “Welk antwoord gaf gij (aan Onze) boodschappers?” 66. Dan zullen alle uitvluchten op die Dag voor hen duister worden en zij zullen elkander niet kunnen vragen. 67. Maar hij, die berouw heeft, gelooft en goed doet, zal waarschijnlijk tot de geslaagden behoren.

Surah 28. Al-Qashash (De Vertelling). Vers 76 t/m 80.
76. Korach behoorde voorwaar tot het volk van Mozes, maar hij gedroeg zich aanmatigend tegenover hen. En Wij hadden hem zoveel schatten gegeven dat zijn sleutels zeker een last waren geweest voor een groep sterke mannen. Toen zijn volk tot hem zeide: “Poch niet, want Allah houdt niet van degenen die pochen. 
77. Maar zoek door hetgeen Allah u heeft gegeven het tehuis van het Hiernamaals; en vergeet uw deel aan de wereld niet, en doe goed (aan anderen) zoals Allah u goed gedaan heeft; en schep geen wanorde op aarde, want Allah heeft hen, die onheil stichten, niet lief.” 
78. Hij antuoordde: “Mij werd het alleen door mijn kennis gegeven.” Wist hij niet dat Allah vòòr hem vele geslachten had vernietigd die machtiger waren dan hij en groter in aantal? En de schuldigen worden niet gevraagd omtrent hun zonden.
79. Hij bleef verschijnen voor zijn volk met pracht en praal. Zij, die het leven dezer wereld wensten, zeiden: “O, ware ons hetzelfde gegeven als Korach. Waarlijk, hij is bezitter van een groot fortuin.”
80. Maar zij, aan wie kennis was gegeven, zeiden: “Wee u, de beloning van Allah is beter voor degenen die geloven en goede werken doen; en het zal niemand worden geschonken behalve hun die geduldig zijn.”

Surah 29. Al-Ankaboe (De Spin). Vers 7 t/m 9.
7. Waarlijk Wij zullen de fouten dergenen die geloven en goede daden verrichten bedekken en hun de beste beloning geven voor wat zij deden.
8. En Wij hebben de mens geboden zijn ouders goed te doen; en indien zij trachten u er toe te brengen dat gij iets met Mij vereenzelvigt waarvan gij geen kennis hebt, gehoorzaam hen dan niet. Tot Mij is uw terugkeer, en Ik zal u vertellen wat gij deedt.
9. En zij die geloven en goede werken doen, hen zullen Wij zeker onder de rechtevaardigen toelaten.

Surah 29. Al-Ankaboe (De Spin). Vers 45.
45. Verkondig hetgeen u in het Boek is geopenbaard, en onderhoud uw gebed. Voorwaar, het gebed weerhoudt van ondeugd en kwaad. En Allah gedachtig te zijn is inderdaad het hoogste. Allah weet wat gij doet.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

..De Mark Quotes..

...Aan het laden...Even geduld a.u.b.